Island hoppers van Isla Holbox naar Cuba

25 september 2015

Nog een klein weekje in Mexico en van Bacalar nemen we de bus terug naar Cancun waar we midden in de nacht aankomen. We moeten een bus hebben die ons naar de kust brengt waar een boot gaat richting Isla Holbox. Die vertrekt pas om acht uur, dus we beslissen al snel dat we onze nacht op de bankjes van het busstation gaan doorbrengen. Lekker goedkoop. Van slapen komt er echter niet veel. Bij wel elke bus die vertrekt wordt dat doormiddel van een luidspreker systeem eerst twee keer in het spaans en daarna twee keer in het engels kenbaar gemaakt. Afsluitend met de zin A.D.O. para un féliz viaje. Het deuntje dendert in ons hoofd, maar als snel is het acht uur en vertrekken we richting de boot die ons in een klein half uurtje naar het eiland Holbox brengt.

Isla Holbox.
Holbox is een eiland ten westen van Kaap Catoche, voor de kust van Mexico. Holbox behoort tot de gemeente Lázaro Cárdenas en de deelstaat Quintana Roo. Het eiland wordt bewoond door ongeveer 1500 mensen.

De oorspronkelijke bevolking werd gevormd door Maya-indianen. Deze vermengden zich later met piraten, en hun afstammelingen leven nog steeds op Holbox. Tegenwoordig is Holbox vooral bekend als vakantie bestemming voor toeristen.

We zetten voet aan wal en meteen hangt hier weer de 'island vibe'. Er zijn bijna geen auto's, de meeste mensen vervoeren zich op de fiets of met een golfkarretje. Wij wandelen samen met onze nieuwe maat uit Mexico genaamd Gustavo. Gustavo is een oude bekende. Gedeeltelijk dan. Toen we met Willem en Evy in Playa del Carmen waren zwalkte hij daar rond verkleed als captain Jack Sparrow om geld te verdienen door met touristen op de foto te gaan. We herkennen hem niet meteen, maar als hij zijn imitaties doet gaat er al snel een lichtje branden. Grappig de wereld is eigenlijk klein. We vinden ons hotel en zoals het op een eiland hoort is alles hier een beetje duurder dan op het vaste land. Maar geen probleem ze hebben wel hangmatten voor ons en besluiten die dan ook voor twee nachten te nemen.

We zijn hier eigenlijk om te zwemmen met de walvishaai en dat willen we morgen het liefst doen. Op zoek naar een tour dus ! Jack Sparrow loopt met ons mee en het blijkt een echte humorist. Geweldige kerel we hadden hem er graag bij. We wandelen over de hagelwitte stranden (begint te wennen) richting de pier waar alle boten vertrekken. We vinden de tour die we wilden en voor een veel lagere prijs dan dezelfde tour die ons werd aangeboden in Playa del Carmen. Yes !!! We gaan het eindelijk doen ! Morgenochtend gaan we zwemmen met de walvishaai !
De rest van de gare dag (na een slapeloze nacht) besteden we met chillen op het strand en in onze hangmat. En genieten we van mischien wel de mooiste zonsondergang ooit alvorens we onze ogen sluiten. Al snel is het ochtend en na een ietwat rare nachtrust in ons goedkope hangmatje staan we klaar op de pier om te vertrekken. De tour word er één uit duizenden ! Ongeloofelijk wat de natuur te bieden heeft. We stappen in een bootje en samen met 7 anderen gaan we op zoek naar de walvishaaien.

De walvishaai  is de grootste bestaande kraakbeenvis. Walvishaaien vormen een bedreigde diersoort. Niettemin wordt er in ontwikkelingslanden nog wel op gevist. In de hele wereld zijn er slechts 1000 geregistreerde exemplaren.
Voor mensen zijn ze relatief ongevaarlijk. Met hun grote bek zuigen ze al de plankton op die in het water om hun heen zit. De walvishaai zwemt heel erg langzaam daarom is het makkelijk om met ze te zwemmen. Onze boot heeft contact met vissersboten die in de buurt aant het vissen zijn. Zo komen we langzaam maar zeker dichterbij en na een goed uur is het dan eindelijk zo ver. Per twee mogen we zeven minuten in het water. En je kan niet geloven wat je ziet als je je duikbril onder water doet. Een tien meter lang gevaarte zwemt vlak onder ons. Zijn donkergrijze lijf is bedekt met witte stippen en de schon weerschiegelt op de vis in het water. Wat een gevoel. Wat voelen we ons klein maar intens gelukkig dat we dit mogen aanschouwen. Hier zijn we voor op reis. We mogen twee keer in het water. De tweede keer zwemmen we nog dichter en komt de vis ook aan de oppervlakte. Met de GoPro hebben we gelukkig de mogelijkheid dit vast te leggen en dat is ook goed gelukt. Na het zwemmen, varen we richting de vissers en onze crew koopt wat verse vis. Hiervan maken de mannen van de tour een heerlijke ceviche. Ook stoppen we nog bij een groep pelikanen en flamigo's. Maar dat doet ons eigenlijk niets meer, klinkt verwend maar we zijn in de wolken van de walvishaai. Oh lieve walvishaai kom je met ons mee? Onze laatste middag van ons verblijf besteden we aan genieten van de foto's en hangen in de zon. We koken zelf onze pasta en lachen wat af met jack sparrow, die een kleine mexicaanse youtube sensatie blijkt te zijn onder de naam Hippostul. Als je spaans kan is het de moeite waard om eens te kijken, erg grappig. Maar voor ons is het weer tijd om het eiland te verlaten. Één nachtje slapen in Cancun en dan op naar Cuba !

Cuba 

Laat ik dat maar al vanaf het begin af aan zeggen, Cuba is niet echt helemaal ons land. In ons hoofd was het het perfecte salsa land waar iedereen super aardig is en bovenal natuurlijk het land van de rum en de sigaren. Nu we er geweest zijn kan ik zeggen dat de al deze feiten waar zijn, maar bij alles zit toch wel een kleine maar. Wat we natuurlijk ontzettend jammer vinden. 

Het perfecte salsa land, ja, mensen dansen hier allemaal de salsa en ze zijn hier zo goed in dat het lijkt alsof het van nature gaat. Geweldig om te zien, maar of je het als toerist te zien krijgt zoals de Cubanen het ervaren is nog maar de vraag. Wij in ieder geval niet. Telkens wanneer we te maken kregen met iets wat nog maar een beetje op salsa leek, werd er gevraagd voor een zogenaamde propina (fooi), één keer is ok, maar elke keer?

Super aardig, jazeker, maar dan moet je er wel voor betalen. Als je iets niet van ze wil kopen of wanneer je je eigen ding wilt doen zijn ze opeens een stuk minder vriendelijk. Dit geld natuurlijk niet voor iedereen, zo is er ook een grote groep mensen oprecht vriendelijk, vooral de wat oudere generatie. Maar als mensen meerdere keren per dag heel opdringerig en onvriendelijk zijn heeft dit na een aantal dagen toch invloed op je gevoel. Dit geldt vooral voor de taxi chauffeurs, de meest onvriendelijke die we tot nu toe op onze reis zijn tegen gekomen. Één keer vragen oké, maar als je dat dan niet wilt zou een keer nee bedankt genoeg moeten zijn. Hier is het dat niet. Zitten ze in een auto dan blijven ze naast je rijden. Staan ze op straat dan blijven ze je aandringerig naroepen. De tarieven die ze vragen zijn in ieder geval belachelijk. Meerdere keren moesten we er erg hard om lachen. 60 dollar voor een ritje van 30 minuten, waar we uiteindelijk de bus nemen voor 10 cent.(de bus die volgens de taxichauffeur niet bestaat) Gelukkig reizen we al een tijdje en laten we ons daarom geen oor aannaaien. Maar het is goed voor te stellen dat je er als toerist gewoon intrapt. Ze komen heel geloofwaardig over en ze zijn heel goed in het spelletje. Als ze 50% zakken in de prijs, heb je het gevoel dat je een goede deal hebt gemaakt. Maar eigenlijk betaal je nog veel te veel

Rum! Cuba is immers het land van de rum. Het merk Havanna club domineert het eiland en je vindt het op iedere hoek van de straat terug in de vorm van authentieke winkeltjes of sfeervolle barretjes. En we moeten zeggen het smaakt fantastisch! Voor 5 dollar koop je een goede fles en daar kan je in combinatie met een frisdrank heerlijk van genieten. Maar opnieuw een duister kantje aan deze overvloed van rum. Omdat de prijzen zo laag zijn is het voor het arme gedeelte van de bevolking een makkelijke keuze om ' aan de drank te gaan'. Vooral arme oudere mannen zwalken over straat, slapen in de goot of beginnen naar je te roepen. Natuurlijk asociaal, maar vooral natuurlijk heel zielig. Deze mensen hebben niks anders dan hun rum en we hebben het gevoel dat het lastig is om hulp te zoeken. Beetje jammer om dit zo te zien. Het verschil hier tussen arm en rijk is hier zo groot dat een groot gedeelte hier bijna niets heeft en de rest met veel goud en dure apparaten door de straten zeult naar het zogenaamde wifi-plein om contact te hebben met hun geliefden in het buitenland. De ver-Amerikanisering is duidelijk al in gang gezet in het Cuba dat wij bezochten.

Sigaren worden hier in grote getalen geproduceerd en zijn de beste van de wereld. Een echte lekkernij voor de liefhebber. Ze zijn vooral voor export en de beste zijn vaak te duur voor de lokale mens en worden daardoor ook in grote getalen gestolen door de werknemer in de sigaren fabriek om te verkopen aan toeristen op straat. Logisch als je hoort dat deze mensen maar een 25 dollar per maand verdienen en zes dagen per week werken. Hiernaast heb je ook de straatverkoop van de nepsigaren waarin bananenbladeren zijn verwerkt, niet te roken dus. Toch iets waar je even op moet letten als je beslist je sigaren op straat te kopen. Voor een doos met 25 king size Cohiba's betaal je in de winkel al snel 500 dollar. Op straat kost ditzelfde doosje 30 dollar. Ongekend wat de overheid (die controleren de sigarenmarkt) hier aan verdient. Als laatste door de lage salarissen en de vele toeristen die voor twee weken Cuba bezoeken heb je een groep lokale mensen die er ook alles aan doen om de bezoekers op te lichten. Vaak heb je het niet door en betaal je te veel voor drinken, etenswaar en souveniers. Het beste medicijn is maximaal afdingen of verder zoeken tot je een prijs vind waar je je wel in kan vinden..

Onze conclusie naar het 'land van de jaren vijftig' is dan ook: wil je naar een land, terug in de geschiedenis met overal mooie klassieke auto's, ontzettend mooie natuur, coco-stranden en het constante gevoel dat je je in een film-set bevindt. Ga dan naar Cuba! Je zal dan echter wel je verwachtingen iets moeten bijschaven en erg op je hoede moeten zijn dat er niet te veel geld uit je zak wordt getrokken. Neem echter wel genoeg geld mee zodat je een auto kan huren en kan gaan en staan waar je wilt en zo het veel te dure transport kan vermijden. Want jammer genoeg mag je de lokale nationale bussen niet nemen zonder een Cubaanse id-kaart. Met een auto kan je ook de toeristische plaatsen vermijden en wellicht de tijd van je leven hebben en je ogen zeer goed de kost geven door het echte Cuba te ervaren. !

Iedereen ervaart het natuurlijk op zijn eigen manier. En natuurlijk willen we niet negatief zijn. We willen eerlijk zijn en ook dit land zullen we herrineren als één van onze prachtige ervaringen op onze reis, want we hebben ook vaak enorm genoten. Ongetwijfeld hebben al de vorige landen die we bezocht hebben ook invloed op ons gevoel hier. Zoals we bijvoorbeeld in Mexico en Guatamala zijn ontvangen, dat was zo bijzonder. Zonder bijbedoelingen zoals geld. En hier ruiken de Cubanen het grote geld, het is ook hun enige optie om aan het grote geld te komen. Een tourist geeft hier gemiddeld in een week uit wat sommige mensen hier niet eens in een jaar verdienen. Heel begrijpelijk dus. Ook het land zelf was prachtig ! We reisden van Havanna, de hoofdstad, naar de sigarenvelden van Viñales. Hierna gingen we door naar de palm stranden van Playa-Larga en Playa-Girón. Om vervolgens via de koloniale steden Cienfuegos en Trinidad terug te keren naar Havanna !

Havanna.
Havana of Havanna (Spaans: San Cristóbal de La Habana) is de hoofdstad van Cuba en met ruim 2.000.000 inwoners verreweg de grootste stad op Cuba. De stad ligt in de provincie Ciudad de La Habana.
De stad herbergt vele oude gebouwen en monumenten. Havana is in drie wijken te verdelen: Havana Vieja (Oud-Havana), Centro Havana en Vedado. Havana Vieja is de oudste wijk vol historische bezienswaardigheden. Het lijkt alsof de tijd er stil is blijven staan, maar er zijn vollop winkels.

We komen vroeg in de middag aan op het vliegveld in Havanna. En wisselen onze meegenomen Mexicaanse peso's om voor het lokale touristengeld, de CUC. 1 CUC is altijd 1 Dollar. Een maandsalaris voor de gemiddelde Cubaan is gemiddeld 30 CUC. Buiten het vliegveld staan de taxi's van het overheidsbedrijf CUBATAXI netjes opgesteld. Deze taxi kost maarliefst 25 CUC. Bijna een maandsalaris dus. We besluiten deze daarom ook niet te nemen. We hebben twee Engelsen in het vliegtuig leren kennen en die delen onze mening, dus we gaan op zoek naar een alternatief. Alex en Kinu, onze vrienden uit Barcelona die dit land al reeds bezochten hebben ons over een bus naar de stad verteld. We vragen aan de taxi-chauffeurs waar de bus stopt maar die doen alsof ze van niks weten. Joke komt er uiteindelijk toch achter, maar als de bus na een half uur nog niet gearriveerd is wordt dit hongerige stelletje reizigers ongeduldig. De dames zetten hun charmes in en ja hoor na vijf minuten hebben we een gratis ritje met een pastoor te pakken. De bus komt er net aan, maar we kiezen natuurlijk voor het luxe Mercedes-busje. De pastoor kwam zijn schoonzoon ophalen, die kwamen net terug van een bezoek aan Miami. Onderweg kijken we onze ogen uit. Overal oldtimers, paard met wagens en gekleurde huizen. We wanen ons voor de eerste, maar zeker niet de laatste keer op een filmset. Een ongekende setting. We worden afgezet midden in het centrum aan de rand van ' Havanna Vieja' recht naast het capitool. Het capitool is een replica van het capitool in Washington en wordt op heden gerestaureerd. Een imposant bouwwerk. We nemen afscheid van onze Engelse reisgenoten en we lopen met onze backpacks 'barrio Chino' in op zoek naar onze 'casa particulara'. We trekken met ons europeese uiterlijk alle aandacht in deze wat 'mindere' wijk. Ach zeg maar gerust vervallen volkswijk. Meer dan eens worden we na geroepen, gefloten of ge pssst-psst (iedereen die hier is geweest snapt wat we nu bedoelen). Of we sigaren willen, een fietstaxi of mischien een fles rum. Nee dank u vriendelijk menneer. Het is immers veertig graden en we lopen pal in de zon met onze spullen (het is de warmste periode van het jaar), en een slok van dit ongetwijfeld zelfgebrouwen goedje gaat ons waarschijnlijk niet goed doen. Zeker weten geen sigaren? Nee bedankt!. Na wat rondvragen bij de locale marktkramers en bij onze vrienden in het 'blauw', komen we aan bij onze casa particulara. Een casa particulara is een huis van meestal een familie. Tegen betaling bieden zij een kamer aan en tegen extra betaling kan hier ook gegeten en gedronken worden. We worden supervriendelijk ontvangen door Martha en Denis, maar helaas hebben ze geen plek. Een goede vriendin van haar heeft wel plek en die zal ons zo komen ophalen. Hier neem ondertussen een fruitsapje zegt Martha, ondertussen kan Denis jullie dan een route uitleggen die jullie door Cuba kunnen nemen. Dorstig als we zijn klokken we het fruitsap in één keer achterover en luisteren naar wat deze uiterst vriendelijke man ons te vertellen heeft. Twee weken in Cuba is immers niet genoeg om het hele eiland te bekijken (Cuba is ruim 3x keer zo groot als ons kikkerlandje). Hij raad ons aan om van Havanna naar Viñales door te gaan naar Playa Larga, vervolgens naar Cienfuegos, Trinidad, Santa Clara en weer terug naar Havanna te gaan. Ze hebben in elk plekje adressen van huizen voor ons en vervoer kunnen ze ook regelen. Het voelt allemaal een beetje gebonden maar enfin we tekenen niks en deze mensen zijn zo vriendelijk, hoe kunnen we weigeren? We schudden elkaar de hand en we lopen terug naar buiten waar de vriendin van Martha tegenkomen. Hani genaamd. We lopen naar de straat Dragones en op een hoek van deze ellelange straat bevindt zich het huis van Hani. Onze prive-kamer met airco en badkamer bevind zich op de begane grond. Terwijl het dakterras en woning van de bewoners zich op de tweede en derde verdieping bevinden. Oh dit klinkt wel allemaal heel luxe. Stel je gewoon voor het gemiddelde arbeidershuis uit de jaren vijftig voor, maar dan sinsdien slecht onderhouden en je hebt een beetje een beeld. Maakt voor ons niks uit tegenwoordig zijn we al blij met een paardenstal, als we maar een beetje een fantsoenlijk bed hebben. En dat hebben we hier ook. We stallen onze spullen en zijn erg gelukkig. We zijn in Cuba ! We proppen ons door het nauwe trapgat met het kleinste wenteltrapje ooit naar de bovenste verdieping en we zijn nu in de openlucht op het dakterras. Hier zie je geen gekleurde huizen, alles is grijs grauw en afgebladerd, een echt ghettobeeld. De moeder van Hani heet Isabel en ze heet ons hartelijk welkom. Isabel kun je dankzij haar vermakelijke geschreeuw niet missen. Een prachtig mens met een mischien wel erg uitgesproken mening. Verder is er nog klein(zoon) micheal die alleen maar chocolade eet, de opa ( met bijna lichtgevende ogen en hij lijkt wel 35!) En de schreeuwende papagaai die niet meer vliegen kan (foei). Het spaans dat de Cubanen praten is er één van de moeilijkste graat. Al snel noemen wij het 'holbewoner-spaans'. Ze praten zo snel, laten graag letters of hele woorden weg en regelmatig wordt er ook bij geschreeuwd. Lastig om te verstaan dus, maar we weten er uiteindelijk toch uit op te maken dat er zometeen een cristelijke parade wordt gehouden. Cubanen zijn ontzettend gelovig en dat blijkt ook wel als even later de bisschop van het land door de straten loopt. Gevolgd door de fanfare en duizenden volgelingen. Het is dringen door het smalle straatje onder ons en we zijn blij dat we het vanaf boven kunnen zien. Als alle heisa weer gaan liggen is en de gemiddelde Cubaan in de straat weer in zijn deuropening gaat zitten (een veelgezien ritueel meestal gepaard met fles rum en tabak) besluiten we in de casa te eten deze avond. We weten immers nog niks van de stad en zo kunnen we eerst even op het gemakje verkennen. Tonijn, rijst met bonen, advocado en komkommer. Zo slecht als ze zeggen is het eten van Cuba nog niet. We buiken even uit en praten vermakelijk met de familie. Vooral de Quotes van Isabel zijn er om in te lijsten. 'Homo zijn is een ziekte, mensen met zwarte huid zijn niet te vertrouwen, kijk daar die motor had Hitler ook'. Het zijn niet al te inteligente opmerkingen dat beseffen we, maar de haast Hans Teeuwen achtige manier waarop ze het 'roept' brengt ons met een beetje schaamrood op de wangen aan het lachen. Haha fijn hoor. We buiken even uit en lopen de route in het donker terug naar het capitool. Menig dronkenman zwenkelt over straat en elk restaurant heeft zijn eigen 'propper' om ons naar binnen te lokken. Taxi, sigars, drinks? Klinkt het maar al te vaak maar al vriendelijk neeknikkend lopen we door tot aan een plein voor een luxe hotel. Op het dak wordt salsa gespeeld en op het plein word ge-wifi-ed. In Cuba is er enkel WIFI op openbare parken of vliegvelden. Je koopt een kaart voor 2 CUC en dan kan je een uur op internet. Dit is de goedkoopste manier voor Cubanen om via Skype contact te hebben met hun geliefden in het buitenland. Je ziet dan ook regelmatig grote groepen mensen staan springen en roepen voor de camera. We genieten nog even van de avond maar zijn moe van de reis. Het is nog steeds 30 graden en we vluchten in onze airco gekoelde kamer om daarna het klokje rond te slapen.

De volgende ochtend na het ontbijt wandelen we eerst naar het aan de boulevard gelegen hotel Nacional. Het is best een eindje wandelen maar met onze app op de tablet genaamd MAPS.ME vinden we makkelijk de weg. Het is een gratis offline navigatie die erg nauwkeurig is. Erg handig voor op reis! Hotel Nacional is het oudste hotel van het land. Voor de revolutie kwamen hier alle rijke amerikanen. Maffia bazen van over de hele wereld hielden hier hun vergaderingen en Frank Sinatra zong hier zijn eerste nummers. Het is opnieuw heet in de stad. Oldtimers kleden de rustige wegen aan. En om de 3 minuten komt er één naast ons rijden. Tuuttuut taxi señor? No gracias ! We lopen wel. Het gebeurde ook tijdens het wandelen meer dan eens dat iemand zich eerst heel vriendelijk voorstelde en over het leven op Cuba begon te vertellen. Later in het gesprek kwam het er eigenlijk altijd op neer dat ze je iets wilden verkopen of mee naar een bar of restaurant wilden nemen. Of van uit het niets vroeg 1 van deze nieuwe vrienden om een pecito (geld). Gelukkig zijn we niet voor één gat te vangen anders was alleen deze wandeling al een hap uit ons budget. We komen aan bij het hotel en het is precies zoals ik het in de vele jaren 50 stijl maffia films heb gezien. Twee rijen palmbomen lopen naar het imposante bouwwerk. De portier opent de enorme koperen deur en we mogen even binnen kijken. Alles stamt hier nog uit die tijd en we wanen ons weer in een film. De tuin is prachtig en kijkt over de caribische zee uit. Er staat ook een enorme vlaggenstok met de Cubaanse vlag gehesen daarachter zie je heel mooi de stad langs de boulevard liggen. Het enorme geschut in de tuin herrinert de mensen aan de tijden van de koude oorlog en de revolutie. We nemen wat foto's met uiteraard een dikke sigaar en koelen nog even af in de lobby voor we onze weg vervolgen. De taxi laten we links liggen want een ritje van 5 minuten kost al snel 8 CUC. We nemen een binnenweggetje door de stad en zien opnieuw veel vervallen huizen en graffiti over voornamelijk de volksheld Ché. We komen weer bij de boulevard uit en een proppertje lokt ons naar binnen in zijn familie's huiskamer restaurant. Een prachtig herenhuis met uitzicht over de zee. Zee zo ver het oog rijkt. Meer zien we niet. Voor 10 CUC heb je hier met z'n twee gegeten. Het lijkt niks maar voor een Cubaan is dit heel veel geld (ook al zal hij dat nooit zelf zeggen). We lopen verder langs het water en zien steeds meer koloniale inmense gebouwen opdoemen. Kerken, overheidsgebouwen, oude verdedegingswerken uit de spaanse tijd en stambeelden. Het is prachtig maar zo warm, zo ontzettend warm. We komen bij het rum musseum uit van havanna-club. Samen met Bacardi het bekendste merk van dit eiland. Alleen Bacardi zie je hier nergens terug, het is Havanna-club dat domineert. We kijken wat rond, maar het gaat voornamelijk alleen om de bijbehorende winkel en bar. We kopen een grote fles reserva voor 6CUC en besluiten nog wat rond te slenteren in het nabijgelegen Vieja. De huizen hier zijn ontzettend mooi gerestaureerd en de straten zijn uiterst sfeervol. We ploffen op een terrasje in de schaduw en genieten van de salsa muziek en Cuba libre's. De warmte drank en vele kilometers lopen hebben ons genekt en we doen even een kleine siësta voor we terugslenteren naar een sfeervol ouderwets huiskamerrestaurantje. Een stad verkennen is zwaar en zeker met deze wamte. Geen zin en energie meer om in een zwetende disco te staan dampen dus.

De volgende dag lopen we naar een sigarenfabriek, genaamd Romeo en Julliette. Eenmaal aangekomen blijkt dat om de fabriek te bezoeken een ticket nodig is. Dit kun je kopen bij een hotel waarin een kantoor van de overheid gevestigd is. Het is een heel eind terug en de tijd dringt dus we nemen een fietstaxi. Bij het hotel aangekomen staan er een paar rijen dik gillende Cubanen voor de ingang. Het schijnt dat de rapper Usher hier op huwelijksreis is. Nou wij moeten een ticket dus we mogen ook binnen. We tikken tien CUC de man af. Deze gaat recht in de portomonee van Fidel en co maar dat deert ons niet. Een tabaksfabriek bezoeken is echt iets wat je gedaan moet hebben in Cuba. We vangen nog een glimp op van Usher. Vanuit de lobby zien we hem met zn 'homies' naar het schijnt sigaren rollen. Mooi megenomen maar wij moeten snel door, voor sluitingstijd naar de fabriek. Twee Zwitsers volgens ons en daardoor kunnen we een oldscool taxi delen. Voor in het eerst in een klasieker in Cuba, het is toch speciaal. Tijdens de rondleiding mogen we helaas geen foto's nemen, dus we kijken onze ogen uit. De geoefende roller rolt hier zo een 100 dikke sigaren per dag met een winkelwaarde van zo een 1000 dollar. Voornamelijk voor export. Er werken er hier honderden! En de fabriek heeft ook een eigen school. Een werker krijgt hier 30CUC per maand dus je kan wel een beetje uitrekenen wat de overheid hier aan verdiend. Een leuk detail is dat er iemand bij de fabriek werkt die via de luidspreker de krant of boeken voorleest. Ze mogen ook zelf roken, maar natuurlijk niks stelen. Dit gebeurt door de lage salarisen uiteraard wel en met een kleine connectie kan je hier zo de normaal perperdure sigaren voor een prikkie kopen. We vervolgen onze weg naar het plaza de Revolucion. Hier gaf Fidel Castro zijn speeches aan het volk. Tiperend zijn de enorme silhouetten van Fidel en Ché op de naast gelegen flatgebouwen. Op het plein worden de voorbereiding getroffen voor het bezoek van de paus volgende week dus al snel worden we weg gestuurd. We lopen door naar de begraafplaats. Die meerdere wegen bevat en 1 van de grootste ter wereld is. Helaas voor ons is de bewaker een 'echte' Cubaan en hij vraagt 5 CUC per tourist om binnen te mogen. Op een begraafplaats, foeifoei. Dit doen we natuurlijk niet en we puffen naast het bronzenbeeld van John Lennon uit in het John Lennon park. Peace John zoals de mensen hier leven zo had jij het in ieder geval niet voor ogen heh. En hierna zijn we helemaal op en leegezweet, maar nog erger 4 km van onze casa vandaan. Een man legt ons uit dat we ook zogenaamde macina's kunnen aanhouden. Een soort gedeelde taxi's. Dit gaat vrij vlotjes en al snel staan we voor 1 CUC per persoon terug bij het capitool. Wat een dag ! De rest van onze avond eten we bij het huis en Hani heeft voor ons sigaren geregeld. En het zijn de echte. Voor 30 CUC kopen we dezelfde doos die we even eerder op de dag voor 490CUC in de winkel zagen liggen. Pa zal blij zijn ! Na het eten spenderen we onze avond als echte cubanen. Met onze fles rum en een dikke sigaar doen we mensen kijken en praten we met de lokale restaurant propper. Een erg aangename avond.

We slapen als een blok van de rum en voor we het weten is het weer ochtend. We nemen afscheid van de familie en keren zeker terug als we terug in Havanna zijn. Het lieve vrouwtje Martha die ons de eerste dag zo lief ontvangen heeft, valt nu een beetje door de mand. Hani verteld ons dat ze, omdat wij naar haar zijn gestuurd 5 CUC aan Martha moet betalen. Martha en Denis zullen dus bij elk huis wat zij ons hebben aangeraden commisie krijgen. En uiteindelijk betalen wij dat. En we hebben ook nog mee ingestemd dat hun onze taxi regelen. Blijkt het één of andere idioot met ingeslagen ramen en een knuppel in zijn wrak die niet eens de weg weet. En we betalen nog 30CUC voor 2 personen ook voor dit ritje van twee en een half uur. Gelukkig hebben wij de GPS bij en komen we toch bij het huis aan wat ze ons 'aangeraden' heeft. Nou Martha je wordt bedankt en je bent heel aardig hoor. Maar in deze maffia praktijken trappen we niet meer. Het volgende verblijf en vervoer zoeken we zelf wel ! Zo een greep uit ons reizen door Cuba. Wel erg uitgebreid opgeschreven. Vanaf nu een verkorte versie. Anders wordt het een uur leestijd om over de typtijd nog maar te zwijgen.

Viñales.
In de vallei van Viñales, rond het gelijknamig stadje Viñales, in de provincie Pinar del Río ten noordoosten van Pinar del Río, vindt men wellicht één van de mooiste en merkwaardigste landschappen van Cuba. Tussen de rechtopstaande, kalkstenen gebergtes (Mogotes) wordt in de donkerrode, zeer vruchtbare grond, de beste tabak ter wereld geteeld. De plantages in Viñales telen, fermenteren, drogen en triëren hier de tabaksbladeren die doorgaans elders in Cuba worden verwerkt tot kwaliteitssigaren zoals Cohiba en Montecristo. Wij vullen onze tijd vooral met het genieten van het uitzicht. We wandelen een dag naar hotel Jazminas. Een aanrader om lekker even af te koelen in hun zwembad. En we bezoeken een tabaksplantage. Helaas is er door heel het land net geoogst en zien we de planten niet in bloei staan. Maar we zien hoe het gedroogd wordt en een lokale man rolt sigaren voor ons. Dit keer kunnen we er foto's van maken, en er zelf ook ééntje opsteken. We huren ook een fiets en leggen samen met onze reisgenoot uit Zwitserland Phillipe vandaag 40 kilometers af. In Nederland niet zo veel maar hier in de hitte en waar het soms steil omhoog is toch een redelijke opgave. We fietsen door valleien en bezoeken een grot en een camping met een zwembad uiteraard. Wat een mooie natuur hier, ongekend. In de avonden zwalken we door het sfeervolle stadje en bezoeken we de lokale salsatent. Viñales, het mooiste stukje natuur en de aardigste mensen die we gezien hebben op Cuba. Maar nu op naar het strand !

Playa-Larga en Playa Giron

De twee backpack strandbestemmingen van Cuba. Palmboom stranden, grote schelpen en rum. We kiezen onze eigen casa's en regelen voor de fractie van de prijs ons eigen vervoer. In Playa larga vinden we een plek waar het mogelijk is om echt goedkoop te eten. Hier betalen we in CUP (het lokale geld) en zijn we voor 2 personen lunch met koffie zo een 10 CUP kwijt (30 CUC cent) en komen we in aanraking met de echte cubaanse prijs. Voor de rest bakken op het strand en zwemmen in het kraakheldere water heerlijk.

Cienfuegos en Trinidad.

Dit zijn de koloniale steden. De weg hier naartoe leggen we af in camiones. Achter in de laadbak van een omgebouwde vrachtwagen. En verblijven we goedkoop in fijne casa particulares. De steden zijn echt prachtig om te zien. Het ene herenhuis na het andere. Ouderwetse barretjes waar we genieten van een hapje en een drankje. De mensen hier kunnen omdat er veel tourisme is ook redelijk onvriendelijk zijn. Blijven roepen naar je. Koop dit en koop dat. Dus na twee dagen in elke stad houden we het weer voor gezien en besteden we de twee laaste dagen in Havanna bij de familie van Hani en dan is het tijd om terug te vliegen maar Cancun.

Twee weken zijn opnieuw voorbijgevlogen. We zijn blij dat we geweest zijn, maar met een beetje een dubbel gevoel. De mensen hebben helemaal niks en proberen daarom zoveel mogelijk geld uit je zak te kloppen. Aan de ene kant begrijpelijk aan de andere kant jammer. We vragen ons af, was het hier tien jaar geleden ook al zo? Op de terugweg naar Cancun leren we een mede reizigster kennen uit Nieuw-Caledonië (Frans eilanden kolonie oostelijk gelegen van Australië) Zij deelde gelukkig onze mening en ondertussen hebben we al van meerdere mensen gehoord dat zij het hetzelfde ervaren. En nu zitten we in een vervallen hostel in Cancun 2 te wachten tot het volgende hoofdstuk van onze reis begint ! Een dikke week New York. Na ruim 8 maanden laten we het spaanse achter! We hebben er zo veel zin in ! We blijven bij Simone een vriendin van Joke, die volgens mij de American dream leeft! Ik kan niet wachten om haar te leren kennen na alles wat ik over haar heb gehoord en Joke natuurlijk om haar weer te zien.
We hebben er zin in!!! Tot snel mensen !

Ja we missen jullie nog steeds, jullie ons ook?

Tot schrijvens
XxX Doke

Foto’s

4 Reacties

  1. Rudy en carla:
    25 september 2015
    Hallo wereldreizigers met veel plezier jullie verhaal weer gelezen zo reizen we een beetje mee met jullie.
    En ja natuurlijk missen we jullie.
    Groetjes pa en ma
  2. Linda Van de Velde:
    25 september 2015
    Ja, we missen jullie en veeteelt xxxxx
  3. Winnie & Kenneth:
    10 oktober 2015
    Oohh ondanks dat jullie over dit land minder enthousiast zijn, zijn de verhalen en vooral de fotos toch super ! En natuurlijk missen we jullie ook nog steeds ;)
  4. Ellen de Waal:
    12 oktober 2015
    Leuk om te lezen! Jullie hebben het duidelijk naar jullie zin! Geniet nog maar wat!